Contact Inloggen
Oproep plaatsen? Ontdek hoe eenvoudig dit gaat! lees meer

De Bij

Bijen zijn geleedpotige, sociaal levende insecten met vliesvleugels. Bijen bestaan al meer dan 40 miljoen jaar en komen op alle continenten voor, met uitzondering van Antarctica, in alle ecosystemen waarin tweezaadlobbige planten groeien. Er bestaan eusociale bijen en solitaire bijen. Eusociale bijen leven in een sociale samenlevingsvorm die bestaat uit overlappende generaties. Solitaire bijen leven alleen, dus niet in een volk. Er zijn meer dan 300 verschillende soorten solitaire bijen.

De Bij
“Wist je dat...”
Je bij solitaire bijen alleen mannetjes en vrouwtjes hebt en geen koningin?

De hommels worden ook gerekend tot de familie van bijen (Apidae) Dit zijn vriendelijke beestjes en opvallend dicht behaard. Er zijn ongeveer 20 soorten bekend in ons land. De bij is een beschermde diersoort. Het zijn uitstekende bestuivers voor allerlei soorten voedselgewassen en voor bijvoorbeeld tomaten zelfs onmisbaar. Diverse belangengroepen adviseren gemeenten, boeren en particulieren om bij-vriendelijke bomen en bloemen in tuinen, akker- en bermranden te planten en te zaaien.

Bijen leven in groepen, vroeger kolonies genoemd

Tegenwoordig noem je dit een volk. Afhankelijk van de tijd van het jaar ligt hun aantal tussen de 10.000 – 50.000 bijen. Ze hebben ieder een taak en elkaar nodig om te overleven. Er zijn drie soorten bijen in een volk: de moer of koningin, de werksters en darren. De moer en de werksters zijn allemaal vrouwelijk, een dar is manlijk. De koningin heeft slechts één taak, zij zorgt voor de voortplanting en legt tot wel 2000 eitjes per dag.

Wilde honingbijen maken zelf een nest of korf met bijenwas. Dit is een vettige stof die door sommige soorten bijen wordt geproduceerd. Met deze bijenwas maken ze honingraten in hun nesten in holle ruimten in bomen of muren. Helemaal bovenin het nest bewaren ze de honing en vlak daaronder bewaren ze stuifmeel. Direct onder het stuifmeel worden de larven grootgebracht die veel stuifmeel te eten krijgen. Helemaal onderin de korf is een open gedeelte waar ze in en uit kunnen vliegen en waardoor frisse lucht naar binnen kan komen zodat het niet te warm wordt in het nest.

Als bijen door mensen gehouden worden dan maken ze (de imkers/verzorgers) bijenkasten met dezelfde opbouw. Bijen worden ook wel immen genoemd, vandaar de naam imker.

Hoe maken bijen honing van het nectar dat ze in bloemen vinden?

De werksterbijen (vliegbijen) vliegen heen en weer van de korf naar de bloemen. Deze bijen maken vaak een soort dansje om de andere bijen enthousiast te maken over de gevonden nectar. Dit noem je een bijendans of kwispeldans. Als ze de nectar uit een bloem zuigen komt er stuifmeel op hun lijfje en als ze daarna een andere bloem bezoeken kan dat stuifmeel de andere bloem bevruchten. Stuifmeel wordt ook bewaard in ‘korfjes’ aan hun pootjes. Terug in de kast wordt dit stuifmeel opgeslagen en dient als voedsel voor de jonge larfjes. De bij zuigt nectar op in haar honingmaag om het naar de korf te brengen. In haar maag voegt ze een stofje toe dat de nectar dikker maakt. Bij de korf geeft de werkster de nectar aan een andere bij door, door het uit te spugen. Zij kauwt er op en stopt de nectar in een zeskantige cel van bijenwas. Duizenden gelijkvormige cellen vormen een honingraat. Een werkster dikt het verder in door met haar vleugels te wapperen en wanneer de juiste dikte is bereikt wordt de honingcel verzegeld met een laagje bijenwas.

Welke bloemen worden graag door bijen bezocht:

Bijen hebben voorkeuren voor bepaalde bloemen die ze “eten”. Al vroeg in het voorjaar zijn sneeuwklokjes, krokussen en hyacinten belangrijke leveranciers van nectar, het belangrijkste voedsel voor de bijen. Mannetjeswilgen zorgen voor goed stuifmeel, waarmee de larfjes worden gevoed en de vrouwelijke bomen geven veel nectar. Ook fruitbomen, witte klaver, paardenbloem, sleedoorn, de linde, heide en klimop zijn belangrijke voedselbronnen. Maar dit rijtje is bij lange na niet volledig. Voor een volledig overzicht kijk hier www.drachtkalender.nl.

Hoe gaat de voortplanting van een bij?

Na de rustperiode, in het voorjaar, worden er ook weer darren geboren. Ze spelen een rol bij de paring maar ook bij de temperatuurregeling in het nest of in de korf. De paring van een dar en een koningin gebeurt in de lucht op zo’n 30 meter hoogte. Daar zijn darrenverzamelplaatsen. Koninginnen die bevrucht willen worden vliegen daar naartoe. Imkers die in hun kast een raszuivere koningin voor de voortplanting willen hebben, maken gebruik van zgn. bevruchtingsstations (bijv. op Vlieland). Van verschillende bijensoorten verschilt de paringshoogte.

De koningin legt eitjes die na drie dagen veranderen in larfjes. Zij worden gevoed door de werksters. Ze eten koninginnegelei, een mengsel van honing en stuifmeel dat veel eiwitten bevat, maar dit krijgen ze alleen de eerste 3 dagen. (Vergelijk het met moedermelk of biest van koeien of schapen). De larve die koningin zal worden krijgt meer en langer deze gelei zodat ze beter groeit. De overige larven worden gevoed met stuifmeel. Na 7 dagen wordt de cel gesloten en groeit de larve door tot de geboorte. De koningin doet hier 16 dagen over, een werkster 21 en een dar 24 dagen.

Nadat ze uit hun cocon gekomen zijn beginnen werksters met hun taken. Ze worden over het algemeen 35 – 45 dagen oud. De eerste 5 dagen bestaan voor hen uit het poetsen van cellen, het verwarmen van nieuwe broedeitjes en het voederen van de oudere larven. Daarna tot dag 11 beginnen ze met het voederen van de jonge larven. Dag 12-17 zijn ze druk met de wasproduktie van de cellen, de bouw van de raten en het verwerken van de binnengebrachte nectar tot honing. Dag 18 – 21 hebben ze vervolgens wachtdienst aan het vlieggat. Deze hele periode noem je deze bijen voedster-bouw-bijen. De volgende periode van dag 22 – tot hun dood worden deze bijen vliegbijen genoemd. Ze zoeken de bloemen en zorgen voor de bestuiving. Meteen verzamelen ze ook stuifmeel, nectar, kithars of propolis, een kleverig goedje afkomstig van kastanje- of dennenknoppen, wat ook meteen goed tegen bacteriën werkt en waarmee ze hun nest repareren, en water. Na al deze taken sterven ze af na ongeveer 45 dagen.

Na de langste dag, wanneer het aanbod van voedsel afneemt en het volk in aantal afneemt, ter voorbereiding op de winter, worden de darren als eerste uit de kast geweerd. In een nest zijn in de winter een koningin en ongeveer 10.000 werkbijen aanwezig en dus geen darren. In de zomer zijn er wel enkele honderden darren en kan het aantal bijen oplopen tot wel ruim 50.000.

Belang voor de mens

De honingbijen zijn belangrijk voor de voedselproductie, het goed in stand houden van planten en fruitbomen. Doordat ze van de ene bloem naar de andere gaan voor de nectar blijf er wat stuifmeel aan hun lijfjes hangen, waarmee ze de andere planten dan weer bestuiven (bevruchten). Daarnaast zorgt de honingbij ook voor verschillende andere natuurproducten zoals honing, bijenwas, koninginnengelei en propolis. Daarom worden ze door mensen op grote schaal in kunstmatige bijenkorven of kasten gehouden. Al in het oude Egypte werden bijen gehouden voor de honing.

Het lichaam van de bij

Bijen hebben een bruin-gelig gestreept lichaam met kleine haartjes. Ze hebben 6 pootjes en 4 doorzichtige vleugeltjes. Aan beide kanten hebben ze een voor- en een achtervleugel. De ogen van bijen bestaan uit 150 kleine lenzen (facetogen), waarmee bijen patronen op bloemen en gepolariseerd licht kunnen waarnemen, wat betekent dat ze kunnen navigeren op de zon, zelfs als het bewolkt is. Bijen hebben buisvormige monddelen waarmee ze diep in een bloem kunnen komen om de nectar op te zuigen, terwijl ze ondertussen bedekt raken met stuifmeel en zo een rol spelen in de bestuiving. Horen doen bijen met hun poten. Ze vangen hiermee trillingen op. Dit doen ze ook met hun antennes maar deze hebben ook de functie van ruiken, voelen en proeven. Vrouwelijke bijen hebben ook een angel. Die wordt alleen gebruikt als het volk waarin ze leven wordt belaagd of als er gevaar van buitenaf dreigt. Een bij kan maar één keer steken en gaat dan dood. Dit doen alleen de honingbijen en hommels. Solitaire wilde bijen hebben een heel klein angeltje maar deze wordt amper gebruikt.

Bedreiging

Bedreiging

De achteruitgang van veel solitaire bijensoorten komt onder andere door de verarming van onze natuur en de te grote afstanden tussen de plekken met de juiste planten. Ook het gebruik van pesticiden zorgt voor grote sterfte onder de bijen. Meer dan de helft van de soorten staat op de rode lijst van bedreigde soorten. Ook de honingbij wordt bedreigd door de mens en de aantallen van de soort nemen af. Belangrijke oorzaken zijn ook verschillende bijenparasieten zoals de varoamij, maar ook schimmels, bacteriën en virussen. Hierdoor kunnen ze verzwakken of zelfs doodgaan. Bijen worden ook sneller ziek als ze gestrest zijn. Daarom werkt een imker rustig, verstoort zo min mogelijk het leven in de kast en zorgt er voor dat de bijen genoeg te eten hebben. Vooral in een koude en natte periode, bij weinig dracht en voor het winterklaar maken van de volken let de imker op de voedselvoorraad van het bijenvolk. Hij voert meestal bij door het geven van suikerwater, dat de bijen vervolgens opslaan in de honingraten. Een volk heeft zo’n 10-15 kg voedsel nodig om de winter door te komen.

Waar zijn bijenvolken met een imker in Zwolle te bewonderen?

Bijenkasten staan op, Park de Stadshoeve, De Eemhoeve, De Schellerhoeve, De Klooienberg, Aa-weide, ’t Spiekertje, Bergweide, Dierenweide Berkum, Wolleweide en Kakel & Co.

Bronvermelding: www.levendehave.nl, www.dierenbescherming.nl.

Aanmelden nieuwsbrief!

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en blijf op de hoogte van al het laatste SamenZwolle nieuws.

Meld je aan!